Zon/Maan
Radioruis houdt mij wakker en alert.
Alarm in de vroege ochtend,
die ook een middag of zelfs een nacht
had kunnen zijn. Maar wat is
het verschil? De zon schijnt altijd
ergens. Recht in mijn gezicht, in
dit gedicht. Het vel papier weerkaatst
zijn stralen zodat hij als onze
astronomische hemelvader aan mij laat
weten dat hij niet is vergeten
hoe wij heten; de maan in zijn kielzog
meeneemt. Hij schenkt haar
ons leven en zij lacht veel vaker dan
jij dacht, want zonder die
weerkaatsing in de nacht zouden wij
altijd zijn blijven slapen, nooit
in een mensenhuid zijn opgestaan. Vraag
maar aan het water.
Reacties
Een reactie posten