Vliegende Hollander
Terwijl stratocumuli
gestaag op weg naar het oosten zijn
kijkt de kerk op het plein
vanonder zijn mantel toe. Hij ziet
de wereld door mijn ogen,
schikt de veren op zijn hoed
Er is niets blauwers wat
er nu toe doet
De haan draait, een duif
op zijn staart knikt: roekoe!
Wij varen op de westenwind
Reacties
Een reactie posten